Column van Marc Overmars over inventief denken

"Steeds meer eredivisieclubs richten hun vizier op de talenten in de Jupiler League. Het is de nieuwe trend. Noem het een voordeel van de economische crisis of realiteitszin. Maar een feit is dat de status van de eerste divisie aantoonbaar is gestegen in vergelijking met een paar jaar geleden. Toen werd er alleen gesproken over de noodzaak om het aantal clubs terug te dringen, de Jupiler League werd misschien zelfs als een steen om de nek ervaren. Nu heb ik nog nooit zoveel scouts van de eredivisieclubs bij de thuiswedstrijden van Go Ahead Eagles gezien. Het roer is drastisch omgeslagen en ik vraag me af of iedereen dit eigenlijk wel door heeft.
Ik ben nu alweer heel wat jaren werkzaam bij Go Ahead als manager technische zaken. En dus weet ik inmiddels wel hoe het werkt in de eerste divisie. Geld is er bijna niet. Wij werken bij de Eagles met een budget van rond de 1,1 miljoen euro. Daar moeten we 22, 23 spelers mee aantrekken en van betalen. Tel uit je winst. Maar er zit ook een positieve kant aan. De realiteit dwingt tot inventief denken en handelen. Hoe kun je met amper financiële mogelijkheden toch een sterk en representatief elftal op de been brengen? In de Jupiler League zijn wij door de jaren heen meesters geworden in het beantwoorden van die vraag.
De kunst is om jonge, talentvolle spelers die elders afvallen of worden weggestuurd op hun toekomstige ontwikkeling in te schatten. Dat klinkt misschien simpel, maar dat is het niet. Je moet er oog voor hebben. Weten hoe een jonkie fysiek in elkaar steekt. Maikel Kieftenbeld is wat dat betreft een goed voorbeeld. Die jongen werd weggestuurd in de jeugd bij FC Twente, omdat er veel spelers op zijn positie verder waren in hun lichamelijke ontwikkeling. Hij was toen nog een iel manneke, dun, breekbaar. Die hebben wij opgepakt, bewust. Omdat we verder keken en niet alleen overtuigd waren van zijn voetbalkwaliteiten, maar ook van zijn doorgroei. Nu is hij via Go Ahead een basisspeler bij FC Groningen geworden.
Ik kan wat dat betreft veel meer voorbeelden noemen van jonge spelers, die bij ons de kans kregen, hier verder zijn geholpen in hun ontwikkeling en nu bij grotere clubs spelen. Tim Gilissen (nu NAC), Remko Pasveer (Heracles), Demy de Zeeuw (Ajax), Loic Loval (FC Utrecht), Halil Colak (Kasimpasa, Turkije) en Jules Reimerink (Energie Cottbus) beseften allemaal dat er andere wegen naar Rome leidden. Zij hebben de Jupiler League gebruikt als springplank naar hoger. En zo kan ik er nog wel meer noemen, Chadli, Mertens...
De eredivisieclubs hebben dat nu ook door, deels gedwongen door hun financiële beperkingen. Het is en blijft nu eenmaal goedkoop shoppen in de eerste divisie. Maar ze beseffen ook dat er de laatste jaren spelers bij ons zijn weggehaald die inmiddels dragend zijn geworden op eredivisieniveau. Dus waarom zou je weer in Afrika of in het Oostblok gaan scouten, als je weet dat er in eigen land volop talent rondloopt? Dat besef is doorgedrongen.
Het is een positieve ontwikkeling voor het voetbal en het bestaansrecht van de clubs in de Jupiler League. En tegelijkertijd een frustrerende voor de clubs uit de Jupiler League die de ambitie hebben om ooit zelf in de eredivisie te spelen. Vorig seizoen zaten we er met de Eagles ook zo dicht tegenaan. Sterker nog, we waren er maar twee minuten vanaf in de play-off tegen Willem II. En nog een halve bekerfinale tegen Ajax. Alles viel op zijn plek. Maar je wist dat dit seizoen alles weer anders zou zijn. Dat is de keerzijde van het verhaal. Succes en ontwikkeling trekken aandacht. Je beste spelers worden weggekocht, gehuurde spelers die zich hebben bewezen worden teruggehaald. Je bent aan het opleiden. Je hebt een transfer nodig om te kunnen overleven. En je begint weer van voren af aan.
Ik realiseer me dat er een soort van tegenstrijdigheid in mijn verhaal doorklinkt. Aan de ene kant ben ik er trots op dat de Jupiler League weer als kweekvijver voor de eredivisie wordt gezien. Aan de andere kant belemmert het je ook weer in je eigen ambities als club. Maar misschien moet het wel juist zo zijn. Aan het einde van ieder seizoen maakt in ieder geval iemand de promotie mee. De kunst is om je bij die kanshebbers te scharen, zoals afgelopen jaar. Tot die tijd blijft het mijn drijfveer om onzichtbaar talent zichtbaar te krijgen.''

 
You can follow any responses to this entry through the RSS 2.0 feed. You can leave a response .
Site Meter